Onder dit in 1913 geheel vernieuwde hoekpand zit in de oude kelders nog 13de-eeuws metselwerk. Deze zware fundering behoorde tot een groot stenen gebouw, dat ter plaatse van het uitspringend gedeelte van het bouwblok stond. In het begin van de 16de eeuw was dit gebouw al in meerdere huizen verdeeld. Het hoekpand behoorde in die tijd aan Arnold Herrmanss. Hij moest ook de hertogcijns van 10 'schelling groten oud' geld betalen en 1 'penning' oud geld voor een kelder onder de straat. Er bevinden zich echter drie kelders onder de straat, die door middel van een gang met elkaar verbonden zijn. De straatkelder is archeologisch gedateerd in de 15de of 16de eeuw. In 1619 mag boven een dan reeds lang bestaande kelder een keldermond gemaakt worden, waardoor de 'zode' 2 of 3 voet marktwaarts mag worden verplaatst. Boven deze keldermond komt dan een winkeltje van 3 voet hoog en 4½ voet breed te staan. De kelder krijgt licht via een tralievenster. De twee kleinere straatkelders aan de zijkant van het pand zouden wel eens jonger kunnen zijn, waardoor er geen cijns over geheven werd. In 1553 wordt de bezitter Willem Robberts aangeslagen voor twee schouwen. Deze bevonden zich, gezien de hoge schoorsteen die op oude afbeeldingen is weergegeven, tegen de rechter zijmuur. Bij de inning van de 100ste penning in 1569 blijkt het pand te zijn verhuurd. Ook de kelder is afzonderlijk verhuurd, evenals een 'winkeltje'. Dit zal zich aan de zijgevel van het pand bevonden hebben. Op de tekening van J. van Beerstraten uit circa 1660 staat een aanbouw van twee verdiepingen getekend tegen de uitkragende houten zijgevel. Vóór deze uitbouw loopt nog een luifel, ruimte genoeg om een winkeltje in te drijven. Ook tegen de voorgevel stond een | 278 |
voorbouw, die zoals we hiervoor reeds zagen pas in 1619 werd aangebracht. Het huis had een uitkragende houten voorgevel met twee overkragingen. De hoge begane grond doet vermoeden dat er een insteekverdieping was. Op de eerste verdieping zat een doorgaande rij vensters, die op een woonfunctie duidt. De zolders zijn van luiken voorzien en zullen voor opslag geschikt zijn geweest. In de voorgevel zat aan de rechter zijde een kelderingang, die de twee smalle kelders onder het pand en de straatkelders toegankelijk maakte. De achtergevel was een hoge stenen trapgevel. | 279 |
Authentieke straatkelder (ca 40 m²). |
Janssen1474. "De Werelt", Een gesneden aardbol nog in 't bovenlicht. Dit huis wordt reeds vernoemd in 1598, bij de grootsche uitvaartdienst, die de stad deed houden voor Koning Philips II. Men leest, dat van het voetvolk, hetwelk met zwartbekleede trommen en averechts onder den arm gedragen geweren aan de stoet deel nam, drie rotten zich na afloop weer voor het huis De Wereld moesten opstellen. | 74 |
InleidingHet voormalig winkel-woonhuis is in 1912 gebouwd in Art Nouveaustijl naar ontwerp van de architect T.H.J. Pastoor. De fundamenten, kelders en zijmuren dateren van veel vroeger. Het pand heeft een prominente ligging als hoekpand van het bouwblok midden op de markt in het centrum van de stad. Het winkelgedeelte is nu in gebruik als café. Het woonhuis heeft enige tijd dienst gedaan als pension. Omstreeks 1975 is het interieur van het woonhuis ingrijpend gewijzigd.OmschrijvingHet hoekpand op rechthoekig grondplan met afgeschuinde hoek is drie bouwlagen hoog en heeft schilddaken met een plat dak. Aan de oostzijde, ingebouwd in het bouwblok, kent het enkele uitbouwen met dezelfde hoogte. De afgeschuinde hoek loopt uit in een topgevel, evenals de linkertravee van de westgevel. De laatste topgevel is vereenvoudigd. De gevels zijn opgetrokken uit gele verblendstenen met decoraties van lichtblauwe bricornastenen. De geprofileerde hardstenen plint is voorzien van decoraties in de deurposten. De dorpels boven de vensters zijn van zandsteen. De houten erker op de eerste verdieping van de afgeschuinde hoek wordt gesteund door zandstenen kraagstenen. Boven de erker is een gietijzeren balkon aangebracht. Eenzelfde balkon bevindt zich in de middelste travee van de westgevel, op dezelfde verdieping. De vensters op de eerste en tweede verdieping zijn voorzien van openslaande ramen onder bovenlichten met kleine roedenverdeling. De dakschilden zijn belegd met leien in Maasdekking en voorzien van drie dakkapellen met zinken schilden.De kelders van het pand dateren gedeeltelijk uit de vijftiende en zestiende eeuw. Een gedeelte heeft een tongewelf, andere delen hebben een betondek boven troggewelfjes op ijzeren I-profielen uit 1912. Het interieur van de winkel is in later tijd gewijzigd. Ook de indeling van het woonhuis is omstreeks 1975 gewijzigd. WaarderingHet winkel-woonhuis is van algemeen belang. Het heeft cultuurhistorische waarde als representant van het grootstedelijke type woonhuis-winkel uit het begin van de twintigste eeuw. Het heeft architectuurhistorische waarde als goed voorbeeld van Art Nouveau-architectuur en vanwege de harmonieuze vormgeving. Het heeft bouwhistorische waarde vanwege de toegepaste materialen, waaronder de verblendstenen, de bricornastenen, het hardsteen en de smeedijzeren balkons, alsmede vanwege de vijftiende- en zestiende- eeuwse kelders. Het heeft ensemblewaarde vanwege de prominente ligging op de markt en vanwege de samenhang in bouwstijl met het aanpalende pand.Het pand is vrij gaaf behouden en is betrekkelijk zeldzaam als voorbeeld van een grootstedelijk winkel-woonhuis buiten de Randstad. |
1975 |
RedactieBrabants Dagblad donderdag 11 november 1975 |
1865 | L. Smulders (winkelier in manufacturen en koopman in gedistilleerd) |
1875 | F.C. Schull (hoedenfabriekant) - W. Weijtingh (kapitein tweede bataillon) - A.A. Wenmakers (commies ter provinciale griffie) |
1881 | W.H. Piepers (partikulier) - F.C. Schull (hoedenfabriekant) |
1908 | Gez. van Duuren - Chr. Janssen (koopman) - L. Oomens (arbeider) |
1910 | Gez. van Duuren - Chr. Janssen (koopman) - L. Oomens (arbeider) |
1923 | Johannes Dijkshoorn (commissiehandel) |
1928 | A. Botermans - wed. J. Dijkshoorn |
1943 | G.J. Former (boekhouder) - A.J.J. van Rooij (contr. brandstoffendistrib.) - A.J.M. Vloeimans (lederhandelaar) - J.P.C.L.M. Westerlaken (administrateur) |
1991 | dhr. de Wert (café In de Kleine Werelt) |
1928 | wed. J. Nooren |
1943 | J.J.A. van Geloven (bonthandelaar) - H.J.A. Lambooij (boekdrukker) - fa. Truus van de Ven (speciaalhuis in pelterijen 'de Zilvervos') |